Vragenforum - dewoesteweg.nl http://dewoesteweg.nl/forum/ |
|
Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort http://dewoesteweg.nl/forum/viewtopic.php?f=14&t=2001 |
Pagina 1 van 5 |
Auteur: | DJK - admin [ Wo Apr 01, 2015 7:01 pm ] |
Titel: | Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Katwijk, 31-03-2015 Boekrecensie: Het Rechtvaardigend geloof - ds. A. Kort Onderwerp: Theologie / Apologetiek Lectori Salutum, het is inmiddels al weer ruim twee jaar geleden dat zijn eerste boek 'Wedergeboorte of Schijngeboorte' door J.M. Vermeulen werd uitgegeven. Een boek door de nood gedreven en geschreven. De inhoud van dit boek heeft het nodige godsdienstige stof in behoudend kerkelijk doen opwaaien. Gods' volk keek er naar uit en was er zeer mee verblijd, eindelijk eens een dominee die man en paard durfde te noemen, maar de vele werkheilige waangelovigen in onze dagen waren ernstig in hun wieken geschoten. 'Wat dacht die vermetele dominee Kort wel niet wie hij was om dit aan te durven', zal menig verondersteld wedergeboren kerkganger gedacht hebben. Ook de identiteit van de dominees die de leugenleer van de Ger. Gem. (in Ned) aanhingen en verkondigden was door zijn apologetisch geschrift ernstig aangetast. Hier moest en zou wat tegen gedaan worden! Dit konden ze immers niet zomaar over hun kant laten gaan. Het godsdienstige stoom kwam ze uit hun onbesneden oren zetten, waarna de kerkbladen van de Ger. Gem. (in Ned) uitpuilden van bittere vijandschap tegen de Bijbelse leer der apostelen van de rechtvaardiging van de goddeloze, zoals met name verwoord in de Romeinenbrief en Galatenbrief, die ds. A. Kort mocht voorstaan en verdedigen. Hetgeen de leraren van de Ger. Gem. (in Ned) als nieuw geestelijk leven beschouwen, wenen over schuld en bedreven zonden zonder dodelijke afsnijding is volgens Gods Woord wezenlijk niet meer dan een geestelijke ontwaking, onder de overtuigingen der wet waarin de oorzaak of reden (=zonden) van de geestelijke doodstaat nog niet is weggenomen. De geestelijke ontdekking van schuld en zonden is dus nog geen bedekking en uitdelging van ervan. God werkt namelijk nooit om de breuk en onze afkomst heen. Hij zet het hen ordentelijk voor ogen. Waar de verloren zoon bij de varkens wenend tot zichzelf komt, en in gedachten wordt terug geleidt in Adam, komt hij niet alleen tot het besef van schuld en zonden, maar nog veel meer tot besef tegen wie hij gezondigd had, namelijk tegen zijn goedertieren vader. Hier betuigt de apostel van dat het de goedertierenheden des Heeren zijn die tot bekering leiden, Rom. 2:4. Maar volgens de on-Bijbelse GG-kerkleer waaronder vele heimelijke bekeringen gekweekt en gepampert zijn worden, was die zoon daar in zijn vuile varkenskleding alreeds levend gemaakt, want een dood mens heeft immers geen last van zijn zonden en een dood mens kan ook niet naar zijn vader lopen. Zie daar hoe menselijk en zeer vernuftig zij zich uit de rechtvaardigingsleer der apostelen zoeken te redeneren. Moet een zondaar dan niet eerst zijn oude kleed worden uitgedaan om vervolgens overkleed te worden met een Gerechtigheid die buiten hem is, wil er sprake van geestelijk leven zijn door inlijving in een Ander die in zijn zondegraf uit genade om niet wilde opstaan ten eeuwige leven? Het oude leven onder een verbroken wet wordt veel bepreekt en het nieuwe leven onder de heerschappij des Evangeliums blijft onder een deksel liggen, de christen wordt opgebouwd en verheven boven de Christus der Schriften, het enig Offer dat Hij volbracht en het heilige, eisende, veroordelende, verdoemende en dodende Recht Gods wordt hiermee omzeild en grotelijks oneer aangedaan. Een zondaar behoeft volgens die valse leer niet eerst zijn bestaan voor God te verliezen zoals afgebeeld in het badwater der wedergeboorte, alvorens hij met Christus door het geloof in Hem opstaat tot een nieuw leven. Volgens die verderfelijke leer wordt er nieuwe wijn gegoten in oude zakken, en nieuwe lappen stof op oude kleding genaaid. Het druist allemaal in tegen de Schrift en heeft ten diepste niets te maken met de leer van kruisdood en opstanding zoals de Heere Jezus en Zijn apostelen altijd voorstaan, geleerd en gepredikt hebben. Het graan dat in de aarde niet sterft zal niet leven, en die gestorven is die is gerechtvaardigd van de zonden, Rom. 6:7. Dit is tevens de reden waarom er binnen de kerkmuren der Ger. Gem. (in Ned) zo bitter weinig uit de Galaten- en Romeinenbrief wordt gepreekt. Hiervan betuigt de apostel het volgende: Doch al ware het ook, dat wij, of een engel uit den hemel u een Evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt. Gelijk wij te voren gezegd hebben, zo zeg ik ook nu wederom: Indien u iemand een Evangelie verkondigt, buiten hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt. Want predik ik nu de mensen, of God? Of zoek ik mensen te behagen? Want indien ik nog mensen behaagde, zo ware ik geen dienstknecht van Christus. Maar ik maak u bekend, broeders, dat het Evangelie, hetwelk van mij verkondigd is, niet is naar den mens. [Gal. 1:8-11] Dit tweede boek is een degelijke verdieping van het eerste, en is meer geschreven vanuit de these dan vanuit de anti-these als het eerste. Sommige zaken die in het eerste boek ter sprake kwamen zijn nu wat meer en dieper uitgewerkt. Dominee Kort kreeg na de uitgifte van zijn eerste boek veel te verduren en ontzaggelijk veel vijandschap over zich heen, maar heeft ook veel bijgeleerd. Derhalve schreef hij zijn tweede boek alleen op grond van de Heilige Schrift, te weten de grondtekst, de Statenvertaling van 1637 met bijbehorende kanttekeningen van de vertalers, en de aloude en alom erkende Belijdenisgeschriften in onze gezindte. Best slim bedacht, want met het citeren van oudvaders kom je immers aan geen einde. De inkt van het eerste boek van ds. Kort was immers nog maar net opgedroogd, of de leraren van de Ger. Gem. (in Ned) zochten, ter weerlegging van het boek van ds. Kort tegen hun kerkleer en tot valse rustgeving der gemeenten wederom de oudvaders voor de dogmatische rammelkar van hun kerkleer te spannen. Lees en kijk hier de manier waarop men dit deed: viewtopic.php?f=12&t=2000 Misschien dat ik hier nog eens op reageer, maar tot op heden ontbrak me de lust hiertoe. De Comrianen en Van der Groe-aanhangers lezen en erkennen immers dezelfde Staten-Bijbel en Belijdenisgeschriften daarop gegrondvest. Hoewel het soms stuitend is hoe velen het Woord en de Belijdenisgeschriften tot hun eigen verderf blijven verdraaen, worden zij middels dit tweede boek nu toch geconfronteerd met een uitleg van leer waar men - mijns inziens - niet meer omheen kan. Ook hiertegen zullen velen hun bestaan en leven nog telkens zoeken te behouden, maar straks om Christus wille voor eeuwig verliezen, indien God het niet verhoed. In het interview met het Ref. Dagblad merkte dominee Kort terecht op dat veel predikanten in onze dagen boven de Bijbelse kritiek zijn verheven. Over dat hij enigszins bakzeil trok omtrent de gezette toon en derhalve vind dat zijn eerste boek iets teveel vanuit een heilige verontwaardigde toon is geschreven, wil ik dominee Kort vragen: "Dominee, Wie opende uw ogen hiervoor, en Wie deed die heilige verontwaardiging in uw hart geboren worden, en Wie gaf u de moed om dat eerste boek te schrijven en uit te geven? Was het niet de Geest Gods die u deed zien dat Zijn Woord middels die valse kerkleer grote smaadheid werd aangedaan? Hoe vaak heeft men ook mij niet benaderd of ik de gezette toon in mijn weerleggingen niet enigszins kon matigen. Ik trek me er weinig van aan. Dit schrijf ik niet vanuit een zekere vermetelheid, maar degenen die dit roepen weten vaak ten diepste niet waar het omgaat. Wanneer iemand langs de rand van een ravijn loopt met het gevaar daarin te kunnen vallen, zal hij u dan later enig verwijt kunnen maken wanneer hij door uw luidkeels geroep zijn vege lijf kon redden? Zou een patiënt zijn dokter van teveel druk en gedane pijn kunnen beschuldigen wanneer hij bij hem een etterwond uitkneep? Immers nee toch? Het was tot zijn profijtelijk nut! Alzo zegt den Heere het bij monde van de profeet tegen zijn dienstknechten niet in te houden, en de overtredingen Zijns volks luidkeels uit te roepen. Daarom geliefde dominee Kort, vind ik het wel jammer dat uw tweede boek niet dezelfde toon en scherpte heeft als het eerste. U had - wat mij betreft - wederom gerust weer wat meer man en paard mogen noemen, niet om een zekere heilige verontwaardiging te willen uiten en met het wijzende vingertje klaar te staan, maar eigenlijk juist temeer vanwege de vele onkundige zielen die heden ten dagen nog steeds zelf de toepassing niet kunnen maken die u middels uw schrijven heeft willen bedoelen. Ik weet en begrijp daarentegen best wel, dat u moet opereren en handelen in een kerkverband waar alle ogen der wetgeleerden en farizeeërs gedurig op u gericht zijn. Wat dit betreft zal de apostel Petrus het onder de Joden zwaarder gehad hebben dan de apostel Paulus onder de heidenen. Wanneer men de apologetische geschriften van Luther, Calvijn en bijv. Guido des Bres wat beter zou kennen, zou men geen bezwaar meer hebben tegen uw gezette toon. Daar zijn wij slechts dwergjes bij vergeleken. Geliefde vriend en broeder in onze oudste Broeder, ik weet dat u het heil van vele zielen op het oog hebt, maar kijk en luister niet teveel naar mensen met kittelachtige oortjes. Hou enkel rekening met God die u tot dit ambt riep, zalfde, bekwaamde en uitstootte. Het zijn meestentijds de zielen die hun bestaan voor God niet wensen te verliezen, net als u en ik in ons eertijds. Wanneer God een zondaar aanvankelijk komt te overtuigen en te veroordelen, kan een medeschepsel hem immers zoveel kwaad niet meer aandoen, dat is wezenlijk niet anders wanneer een kerkganger de leerdwalingen aanvankelijk begint in te zien. Al het andere is wezenlijk niets anders dan bittere godsdienstige vijandschap regelrecht uit de hel vandaan. De Heere zij en blijve met u, en geve u sterkte, vastheid en getrouwheid des geloofs, ook voor hetgeen er straks wellicht weer over u heen zal komen. Ik roep hierbij Gods volk op om toch maar gedurig te blijven bidden om getrouwheid voor de mannen die van Gods wege gezonden zijn om publiek nog in de bressen te moeten staan. Hiermee doel ik beslist niet op mezelf, want ik zie mezelf niet meer dan een gering helpertje in deze geestelijke strijd. Ieder op zijn eigen plekje naar zijn van God geschonken talenten en gaven. Dit gezegd hebbend, wil ik nog kortelings ingaan op de inhoud van het boek. De onderwerpen over het rechtvaardigend geloof die in het boek ter sprake komen hebben een goede volgorde en opbouw. Ook bijzonder is hetgeen ds. Kort kortelings uit zijn eigen leven mag vertellen. Toen ik hem na de uitgifte van zijn eerste boek eens opzocht heb ik hem dit iets uitgebreider uit z'n eigen mond horen vertellen. Was best mooi hoor. Niet om hetgeen van de mens is, maar om hetgeen God in Christus door de Heilige Geest in zijn verloren ziel wilde verheerlijken tot zaligheid en vrede. Waar horen we dit nog? Maar God werkt nog! Ik hoorde onlangs dat er een jongeman van 27 jaar in zijn gemeente tot ruimte mocht komen, die dominee Kort als zijn vriend en broeder mocht begroeten. Op zijn 14e levensjaar kreeg die jongeman de slag naar binnen. Hij kreeg een boekje mee van zijn godvrezende opa die het beste met hem voor had. Tot zijn 27e levensjaar had hij geen innerlijke rust meer, God was een heilige twist in zijn hart begonnen, hij moest sterven en God ontmoeten en dat kon hij niet, totdat hij de eeuwige rust en vrede in het volbrachte werk van zijn Borg en Zaligmaker mocht vinden. Deze jongeman kende geen rust zolang de bloedwreker hem nog op de hielen zat en aleer hij mocht weten dat zijn vele zonden hem door het reinigende bloed van Jezus Christus waren vergeven. Er was voor hem een Offer gebracht dat hijzelf in der eeuwigheid niet meer kon volbrengen. Soli Deo Gloria! In het hoofdstuk over het rechtvaardigend geloof in het Oude Testament merkt ds. Kort over het geloof van Abraham alrede geschonken in Genesis 12 en door God in Genesis 15 werd bevestigd. Zeer zuiver gesteld en opgemerkt! Dit misbruikte bijvoorbeeld een voorganger als ds. F. Mallan vaak tot verdraaiing van de zuivere leer der Schriften, met name in de Wachter Sions. Dan stelde hij vanuit zijn valse kerkleer namelijk dat Abraham in Gen. 12 was wedergeboren en in Gen. 15 door God gerechtvaardigd. Wat ik wel jammer vind is dat dominee Kort in dit hoofdstuk Israëls' verlossing uit het diensthuis van Egypteland door bloed en water achterwege heeft gelaten. Hetgeen toch een prachtige typologie is van hoe God Zijn geestelijk verkoren Israel verlost door het bloed des Lams en water des Heiligen Geestes. Ik merk dit op omdat ik hier zoveel in kreeg te zien. Voor mij persoonlijk was dit de eerste aanzet toen God mij aanvankelijk de leerdwalingen begon te tonen waarin ik tot aan mijn oren in verstrikt zat. Lees en herlees derhalve met name Exodus 12 dan eens, hetgeen begint met: Deze zelfde maand zal ulieden het hoofd der maanden zijn; zij zal u de eerste van de maanden des jaars zijn. [vers 2] Weet u wat dit betekent, lezer? Namelijk dat het geestelijk nieuwjaar begint met de vergeving der zonden door het bloed des Lams dat tussentrad wilden de erfgenamen blijven leven. Ik voor u daar gij anders de eeuwige door had moeten sterven. Lees en herlees dit hoofdstuk zonder het aardse met het geestelijk verkoren zaad te vermengen. Dan zult u tevens opmerken waarom de zonen der dienstbaren het land Kanaan niet konden en mochten beërven met de zonen die uit de vrije geboren waren. Hier zou nog veel meer over te zeggen zijn, maar dat komt in dit tweede boek helaas niet ter sprake. Misschien in een volgend boek nog eens? Het is ook zeer bijzonder wat dominee Kort vanuit de grondtekst, mij geheel onbekend, allemaal mag opdiepen en opmerken omtrent het rechtvaardigend geloof. Werkelijk een schat aan Bijbelse informatie. Ook hetgeen de kanttekenaren opmerken omtrent het rechtvaardigend geloof wordt helaas door velen geminacht en derhalve terzijde geschoven. In dit boek komt het echter ruimschoots naar voren. Zeer leerzaam allemaal! Ook hetgeen er in de Nederlandse en Engelse belijdenisgeschreven staat is velen onbekend. Anders zou men anders gaan spreken. Doe er uw geestelijk voordeel mee! Men hoort heden ten dage de nieuwvaders liever dan onze Bijbelse oudvaders. Hier kan een kerkganger toch niet omheen, zou je al lezend in jezelf zeggen. En toch ijs je er iedere keer weer van hoe bijvoorbeeld leraren als ds. J. Roos en ds. A. Moerkerken de leer der wedergeboorte uit de Dordtse Leerredenen naar de kerkleer van de Gereformeerde Gemeenten weten te verdraaien. Als Johannes Bogerman en Franciscus Gomarus dit geweten hadden dan hadden zij van heilige verontwaardiging zich nog wel enkele malen in hun graven omgedraaid. Met alle respect en eerbied overigens voor de godzalige mannen van Dordt, die niet alleen een Bijbels belijdenisgeschrift mochten nalaten, maar tevens de Bijbel (met kanttekeningen) vanuit de grondtaal in het Nederlands vertaald hebben, is het echter wel waar hetgeen dr. H.F. Kohlbrugge terecht heeft opgemerkt dat de befaamde Synode van Dordrecht de leer van Arminius beter vanuit de Bijbelse rechtvaardigingsleer dan vanuit de wedergeboorteleer (waar velen klaarblijkelijk twee kanten mee uit konden) had moeten bestrijden. Het is eigenlijk teveel om allemaal op te noemen welke leerzame en kostelijk zaken dominee Kort in zijn boek allemaal noemt. Het hoofdstuk over 'opwassen in het geloof' had van mij wel iets uitgebreider mogen zijn. Hetgeen waar veel kinderen Gods in onze dagen juist mee worstelen is hoe ze hun roeping en verkiezing vast moeten maken, vanwege dat ze veelal betoverd of verkeerd onderwezen zijn geworden. Ik zou hier veel over kunnen schrijven. Want dat doende zult gij nimmermeer struikelen, versta vanuit 2 Petrus 1:5-12. Hier merken de kanttekenaren zeer schoon over op: "Vastmaken, niet ten opzichte van God maar ten opzichte van uzelf." Dit betreft het verstandelijk verstaan wat men voorheen met het hart mocht geloven en omhelzen. Ik zal dit kortelings proberen uit te leggen. Gaat het ware rechtvaardigend geloof dan buiten het menselijk verstand om? Nee beslist niet, als een moeder door nood en dood een kindje baart en zij haarzelf zich een moment kwijt raakt wanneer haar kindje op haar borsten wordt neergelegd, dan kan zij het wonder van haar verlossing niet zo medisch verklaren gelijk een ervaren verloskundige - die zelf ook kinderen mocht baren - dit wel kan. Wanneer zij dan later veel mag spreken met die verloskundige, en hierin medisch onderwijs ontvangt, kan zij later zelf ook verstandelijk beter verklaren hetgeen zij ervoor lichamelijk heeft doorleeft. Dit is op geestelijk vlak wezenlijk niet anders. Let wel, dit is geen embryotheologie hoor! Wat bedoel ik met dit beeld te verduidelijken? Een verlost christen mag deugd en moet kennis bij zijn geschonken geloof voegen tot zijn profijtelijk nut. Derhalve zeiden onze vaderen: "Weten om te weten is ijdele eer, maar overdenken hetgeen wij (door het rechtvaardigend geloof) weten is een evangelische plicht! De reden waarom vele verloste christenen in duisternis zitten te treuren is, omdat ze geen zuivere kennis maar een verkeerde kennis bij hun geloof voegen die hen wederom in dienstbaarheid brengt gelijk destijds gebeurde onder de verloste Galaten. Dit is vaak omdat bevreesd is vrienden en familie te verliezen. Wat denkt uzelf? Kon de verloste Saulus van Tarsen, de latere apostel der heidenen, vlak nadat hij verlost was zijn verlossing hetzelfde verklaren als hoedanig hij dit later in zijn zendbrief aan de Romeinen en Galaten mocht verwoorden? Neen toch! God leidde hem in de woestijn om zijn geschonken geloofskennis te vermeerderen. Komt dan ieder kind van God tot dezelfde mate van kennis die de apostel ontving? Nee, maar velen verzaken het zoeken naar een zuivere Bijbelkennis tot vermeerdering en opwas van hun geschonken geloof, waardoor ze geremd of zelfs opgehouden worden hun roeping en verkiezing vast te maken. De apostel Petrus merkt in vers 9 zelfs op, dat sommigen die dit geheel verzaakt hebben nog blind zijn en zelfs [verstandelijk] vergeten zijn, doch niet met hun hart, hoe God hun ziel in en om Christus wil, uit vrije genade om niet, heeft willen rechtvaardigen. Kunnen zulke slordige christenen hierom dan nog verloren gaan? Nee, in der eeuwigheid nooit meer. Want God is eeuwig getrouw aan trouwelozen. Deze geestelijke ongezonde slordigheid zal hen niet uit de hemel houden, maar wel menigmaal de hemelse vertroostingen uit hun hart vandaan houden. Hierover betuigt den Heere bij monde van Zijn profeet, Mijn volk gaat verloren omdat het geen kennis heeft. Het betreft hier een verlost onkundig volk dat veel treurende is en makkelijke prooien zijn vanwege de aanvechtingen des satans, maar niet behoeft te treuren omdat het juist hen gegeven is deze dingen te verstaan en juist zij gerechtigd zijn zich te mogen vertroosten met de beloften des Evangeliums die God juist voor hen liet optekenen tot heil en vertroosting. Ik zal nooit vergeten hetgeen ds. Kort mij vertelde van twee vrouwen uit de Oud Ger. Gemeenten die wederom boven het stof waren vanwege dat ze door het lezen van zijn boek hun geloofskennis mochten vermeerderen. Twee verloste vrouwen die door de heersende leerdwalingen ernstig in de war waren gebracht, God was hen niet vergeten. En zo ken ik er persoonlijk nog wel meer. Ik zou dit nog wel verder kunnen uitbreiden, wat ik echter niet zal doen. Hierom zegt de apostel Petrus het volgende in zijn zendbrief aan Gods kinderen tot nader onderwijs: En gij, tot hetzelve ook alle naarstigheid toebrengende, voegt bij uw geloof deugd, en bij de deugd kennis, En bij de kennis matigheid, en bij de matigheid lijdzaamheid, en bij de lijdzaamheid godzaligheid, En bij de godzaligheid broederlijke liefde, en bij de broederlijke liefde, liefde jegens allen. Want zo deze dingen bij u zijn, en in u overvloedig zijn, zij zullen u niet ledig noch onvruchtbaar laten in de kennis van onzen Heere Jezus Christus. Want bij welken deze dingen niet zijn, die is blind, van verre niet ziende, hebbende vergeten de reiniging zijner vorige zonden. Daarom, broeders, benaarstigt u te meer, om uw roeping en verkiezing vast te maken; want dat doende zult gij nimmermeer struikelen. Want alzo zal u rijkelijk toegevoegd worden de ingang in het eeuwig Koninkrijk van onzen Heere en Zaligmaker, Jezus Christus. Daarom zal ik niet verzuimen u altijd daarvan te vermanen, hoewel gij het weet, en in de tegenwoordige waarheid versterkt zijt. [2 Petrus 1:5-12] Misschien mag dit onderwerp, namelijk over het onderscheid tussen de geloofszekerheid van het hart en de volle verzekerdheid des verstands waar de apostel in Kol. 2:1-5 van betuigt, en waar ik helaas zeer weinig dominees over hoor preken, in een later boek nog eens aan de orde komen. Dat geve den Heere. Dominee J.H. Koster merkt hier iets over op in zijn brief 8 aan zijn vriend Jonker uit Den Haag. Velen zullen met deze brief wellicht ook weer een verkeerde kant mee uitgaan, maar dat ligt voor hen. De puriteinen hebben hier ook heel veel overgeschreven, en ook hun geschriften zijn vreselijk misbruikt geworden. Dit is misschien een reden waarom hier zo weinig over gepreekt en geschreven wordt. Maar het goed gebruik en de rechte uitleg van de Bijbelse Heilsleer mogen we vanwege het veelvuldige misbruik toch niet verzwijgen? Ten laatste nog iets over Geloof volgens de Heidelberger Catechismus op blz. 156 van de eerste druk, 'je hebt toch belijdenis gedaan?' Hoe menigvuldig dominee Kort het veronderstelde geloof in zijn boek naar voren brengt, en zeer terecht Bijbels aan de kaak stelt, weet ik niet meer. Wat ik alleen niet kan begrijpen is dat hij én ds. K. Veldman, die beiden toch veel licht, wijsheid en moed van God ontvingen, mannen die ik zeer liefheb en hoogacht, in deze on-Bijbelse Roomse traditie kunnen blijven staan waarin er door jongeren rondom de huwbare leeftijd belijdenis van een verondersteld geloof wordt gedaan. Dominee, deze on-Bijbelse roomse traditie die geheel indruist tegen de Bijbelse Bloedtheologie die u heden ten dage als geen ander mag verdedigen is wezenlijk hetzelfde als de bloemboltheologie van ds. Moerkerken. Middels zulk een valse roomse belijdenis is de bloembol geplant, Calvijn veronderstelde zelfs dat het zaad des geloofs alrede in de harten van de zuigelingen der gelovigen is geplant, hopende dat het ware geloof ooit eens zal gaan opbloeien in het hart van de gedoopte (waan)belijder. Dit on-Bijbels gebruik van belijdenis doen is ten diepste niks anders dan een vermenging van het aardse en geestelijk verkoren zaad. De toegang tot het HA is hiermee opengezet, om vervolgens via een Schriftuurlijk bevindelijk zuivere prediking de barricades weer omhoog te werpen over hetgeen gekend moet worden. Want bij hoeveel gedoopte belijders werd het achteraf bezien uiteindelijk ook waarheid in hun binnenste? Slechts toch maar bij enkelen. Hierom noemde ik deze praktijk een vermenging van het aardse en geestelijke zaad. Het is tevens een reden waarom tegenwoordig de hel de dienst uitmaakt in de ambten en op vele kansels, en Gods volk wenend thuis zit. Ik hoop dat u dit nog eens mag gaan zien en hiervan publiek afstand zult gaan nemen, dominee. Geliefde lezer, ik kan al mijn medereizigers naar de eeuwigheid dit prachtige, mooie en leerzame boek hartelijk aanbevelen. Het is mijn wens en bede dat velen ook dit tweede boek van ds. Kort zullen gaan lezen, opdat er eens een begeerte geboren werd om te weten hoe het nu zit met de leer der vaderen die we haast kwijt geraakt zijn. Na den Heere die het licht en de moed gaf wil ik dominee Kort en ook de heer Vermeulen hartelijk bedanken voor de uitgave van dit tweede boek over het rechtvaardigend geloof in onze dierbare Heere Jezus Christus. Ik hoorde dat de eerste druk al is uitverkocht. De tweede druk zal omstreeks 10 april worden uitgegeven. Ik hoop dat er nog vele herdrukken mogen komen. Ik heb hier in de dorpskrant de Katwijksche Post een paginagrootte advertentie gezet, boekhandel Het Baken die van de uitgifte van dit boek niet afwist erover ingelicht, in de stille hoop en bede dat ons godsdienstige dorpje aan de zee dit boek ook zal gaan lezen. Katwijk zal nooit kunnen zeggen dat het hen niet is aangereikt. Ik hoorde van de heer Vermeulen dat er helaas geen bestellingen zijn uitgekomen. Sommigen zullen hierover wellicht opmerken, dat het misschien is omdat Katwijk geen Oud Gereformeerde Gemeente heeft (glimlach). Net als dominee Vlietstra die geen tijd en interesse had om de hervormingsbijeenkomsten in Ter Aar bij zijn vriend Veldman bij te wonen. Daar had hij het kennelijk te druk voor! Toen ik hem hierop aansprak, meende hij dat ik stelde dat het hem onverschillig liet middels welk geloof God een zondaar rechtvaardigde. Ik zei hem: "Dominee, daar draait het in Katwijk in de eerste plaats niet zozeer om. Het gaat er temeer over dat men al wenend over hun zonden middels een geloof in Gods heilige wet zonder dodelijke afsnijding denkt alrede wedergeboren te zijn. Hierop doen velen belijdenis, worden ambtsdragers beroepen en bevestigd, melden jongemannen zich aan voor dominee, en nemen mensen deel aan het Heilig Avondmaal, en... vergadert onze gemeente toorn in plaats van zegen." In een later gesprek viel het hem ook zwaar dat ik de overtuigingen der wet op de zogenoemde toeleidende weg tot Christus van generlei eeuwigheidswaarde achtte. Het gaat er beslist niet buiten om, maar God ontdekt, ontbloot, ontgrond en snijdt af om die zondaar te funderen op een nieuw Fundament. Wij mogen hierom geen wet en evangelie vermengen. Sommigen zullen misschien denken, wat hebben deze dingen met dit tweede boek van dominee Kort te maken? Ja lezer, het heeft er alles mee te maken. Het zijn slechts enkele toepassingen van zaken waar ds. Kort over schrijft, en dingen waar je vaak tegenaan loopt. Ik kan het toch even niet laten om hierover twee degelijke oudvaders te citeren. Matthew Meade over de Geest der dienstbaarheid “Iemand kan den Geest slechts hebben, als een Geest der dienstbaarheid op welke wijze de Geest in vele mensen werkt. De Geest der dienstbaarheid nu is een werking van den Heiligen Geest door de Wet, overtuigende de consciëntie van zonde en van den vloek der Wet, en werkende in de ziel zulk een bevatting van den toorn Gods, dat de gedachten van God. zijn ziel verbaasd maken. Deze Geest kan zijn, en is dikwijls, Zonder zaligmakende genade; de werking van dezen Geest was in Kaïn en Judas. Hoewel niemand den Geest der aanneming ontvangt, tenzij hij eerst den Geest der dienstbaarheid ontvangen heeft, evenwel ontvangen velen den Geest der dienstbaarheid die nooit ontvangen den Geest der aanneming.” Theodorus Van der Groe “Mensen, die wel de genade van het Evangelie willen geloven, maar die de vloek van de wet nooit willen geloven. Waarlijk, dan is de genade geen genade meer, indien de mens die niet zuiver en alleen door Christus, maar ook door zijn tranen, gebeden en werken nog heeft weten te verkrijgen, hoe mooi Evangelisch de wijze van zijn wettische handel hier ook al mag liggen, en hoe subtiel zijn bedrog ook mocht zijn. Want waar slechts een half volkomen overtuiging is, die de mens niet geheel en al brengt tot het gevoelen van zijn verloren staat in Adam, gelijk als nu is aangewezen, daar wordt nooit oprecht gelovig, maar altijd wettisch, ongelovig en door eigenwerk met Christus en met het Evangelie gehandeld. De bekommerde ziel slaat daar haar ogen niet zuiver alleen op de beloften van Gods genade, en op de vrije aanbieding van Christus in dezelve aan alle arme radeloze zondaren, zonder onderscheid, die maar van harte gewillig zijn, om Hem, geheel om niet, te ontvangen en aan te nemen. Ach nee! Dat zalig Evangelie blijft voor haar dan nog bedekt, omdat het voorhangsel van haar vlees nog niet geheel in stukken gescheurd is, van boven tot beneden. De mens, hoe benauwd en bekommerd hij ook zijn mag, ligt dan nog zo vast niet gebonden onder de overtuiging van zijn schuld, vloekwaardigheid en onmacht, dat hij zichzelf niet meer roeren of bewegen kan, maar het in een heilige radeloosheid en waarachtige zielsverlegenheid allemaal aan zijn kant, voor de vrije genade Gods in Christus, geheel moet opgeven. Nee, hij werkt in een wettisch en een Evangelisch werkwijze, om met zijn tranen, gebeden en uitroepingen, met zijn belijdenis van zonde, en met allerhande arbeid en plichtsbetrachtingen, God te willen bewegen tot genade, en om een Zaligmaker aan hem te schenken, terwijl hij door enkele blindheid en ongelovigheid niets recht kan zien van de gewilligheid, van de algenoegzaamheid en van de nodiging en vrije aanbieding van Christus, in de beloften van het Evangelie. Indien zóeen hier door een nadere ontdekking en inlichting van de Heilige Geest, van deze zijn ongelovigheid niet wordt overtuigd en niet recht wordt ingeleid in zijn verloren staat, hoe hij met al zijn bidden, tranen, werken en begeerten, enz. geheel verdoemelijk is voor God, dan blijft hij in dat ongelovig, wettische werk gewoonlijk zo lang bekommerd en verlegen staan, totdat hij op de een of andere wijze, door een waan- of tijdgeloof uit zijn benauwde angst en overtuiging gered wordt.” Helaas zijn er op Katwijk ook meer zielen die hierom liever roemen onder de geselslagen in de ijzeroven van Egypteland dan weten te roemen van de blijdschap en vreugde van hun verlossing, en het juichen aan de overzijde van de Rode Zee om daar te zingen van het lied van Mozes en het Lam, omtrent de vrijheid die er in Christus Jezus te vinden en te verkrijgen is, uit vrije genade om niet. Ten laatste, is mij verzocht om het forum van m'n website opnieuw open te zetten voor mensen die wellicht met dit boek willen instemmen, of misschien wat stoom wensen af te blazen. Zolang het maar geen hatelijke stoom is, willen wij u altijd te woord proberen te staan. Het zou mooi zijn als dominee Kort ook deel zou nemen aan de beantwoording van vragen! Een mens is immers zomaar niet los van de dwalingen waarin hij z'n hele leven heeft verkeerd. D.J. Kleen |
Auteur: | DJK - admin [ Wo Apr 01, 2015 7:46 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Interview RD met ds. A. Kort over zijn tweede boek : Het rechtvaardigend geloof Bron: Refdagblad 19 mrt 2015 - tekst Jan van ’t Hul, Anton Dommerholt Eind 2012 zag het boek ”Wedergeboorte of schijngeboorte” het licht, van de hand van de oud gereformeerde predikant ds. A. Kort. Daarin vergeleek hij „de Bijbelse bloedtheologie met de filosofische embryotheologie.” De prediking in vooral de afgescheiden kerken zou zijn afgeweken van de leer der Reformatie. Deze week verschijnt het vervolg: ”Het rechtvaardigend geloof”. Ds. Kort schreef het „met het oog op de zorgelijke ontwikkelingen van onze tijd.” Met name in enkele kerkelijke bladen riep ds. Korts eerste publicatie veel kritische reactie op, onder meer in de organen De Saambinder (weekblad van de Gereformeerde Gemeenten) en De Wachter Sions (weekblad van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland). Uw boek zou gezorgd hebben voor polarisatie. Hoe kijkt u op die kritiek terug? „Met verdriet. Het was een heftige periode, maar ik heb al met al meer positieve dan negatieve reacties ontvangen. De Bijbel benoemt eerlijk de zonden van Gods knechten, zoals Mozes, David en Petrus. Ik heb veel achting voor oude schrijvers, maar sommigen zijn kennelijk boven alle kritiek verheven.” Zou u, alle reacties overziende, uw eerste boek ánders van toon hebben geschreven? „De toonzetting was te zeer verontwaardigd. Dat heb ik in ”Het rechtvaardigend geloof” willen vermijden. Dit tweede boek is bedaarder van toon. Maar ik kan mijn gevoelens nu eenmaal niet stilleggen. Als er over mijn God en Koning verkeerde dingen worden gezegd, en als er afwijkingen van de Bijbelse leer en van de leer van de reformatoren worden verkondigd, dan verontwaardigt mij dat wel.” Wat is de essentie van ”Het rechtvaardigend geloof”? „Wedergeboorte, in de betekenis van levendmaking, is vrucht en verzegeling van het ware zaligmakende geloof. Een mens wordt wedergeboren en gerechtvaardigd door het geloof. Wie wedergeboren is, die gelooft. En wie niet is wedergeboren, die gelooft dus niet. Geloof, rechtvaardigmaking, wedergeboorte, vernieuwing en verzegeling kunnen niet van elkaar worden losgemaakt, zijn niet te scheiden – lees de kanttekening bij Efeze 1:13. Dat doet de nieuwe leer van onze dagen wel. Die maakt van al die stukken aparte belevingen en verdraait daarmee de Schrift. Maar dat hebben Calvijn en de Heidelbergse Catechismus ons niet geleerd.” Wat mag dat zijn, de nieuwe leer van onze dagen? „De theologie die in afgescheiden kerken de laatste honderd jaar meer en meer wordt verkondigd. De Reformatie leerde de rechtvaardigmaking van de goddeloze, maar daar wordt meer en meer de rechtvaardigmaking van de wedergeborene van gemaakt. We moeten dus terug naar de leer van de Reformatie, want alleen vijanden worden met God verzoend. Er worden geen wedergeborenen met God verzoend. Met die leer blijft de mens zijn zaligheid in zichzelf zoeken, in zijn ervaringen of eigen werken, in veronderstellingen of inbeeldingen, in bevindingen, kenmerken of gevoeligheden. De grondslag ligt in het geloof, niet in persoonlijke gewaarwordingen of ervaringen. Christus moet centraal staan, niet de christen met zijn bevindingen. Christus is de enige Weg tot de zaligheid, en alles buiten de kennis van Hem is geen leven. Velen veronderstellen een kind van God te zijn, terwijl men nooit is afgesneden van de eigen werken. Er is geen derde weg. Het is mij wel verweten dat ik een derde weg zou leren, maar dat is zeer onterecht. Je hoort mensen zeggen dat ze niet in Christus zijn, maar dat ze ook niet meer bij de goddelozen horen. We worden dus wel overboord gegooid, maar houden toch het hoofd boven water. Nee, dan zitten we op een weg die niet goed is.” Waar wordt volgens u nog wel recht gepreekt? „Ik kan niet over ieders consciëntie oordelen, wil ook geen kerken of ambtsbroeders aanklagen, maar we hebben met elkaar wel met vele boeleerders geboeleerd. Het gaat erom dat de drie stukken gepreekt worden, ellende, verlossing en dankbaarheid. En als er dan over de verlossing gesproken mág worden, dan is dat ook een volledige verlossing, dan is er volledige zekerheid des geloofs. Als dat geloof er is, mag de zondaar ook niet langer twijfelen. We mogen het niet opnemen voor de twijfel, want ik wéét dat mijn Verlosser leeft, zegt Job. Als de Heere genade schenkt, is de zondaar weggeroepen uit de duisternis en gebracht tot het wonderbare licht, om zodoende de deugden Gods te verkondigen. Genade maakt een mens niet groot, maar genade maakt God groot. Christus moet wassen en ik minder worden. Wij worden nooit vrome en bekeerde mensen, we moeten van ons voetstuk af en vergeving van zonden ontvangen door het bloed van Christus en het kruis op Golgotha.” Ds. Kort noemt John Bunyan als een van zijn voorbeelden. „Bunyan beschrijft hoe Christen in de stad Verderf wordt wakker geschud in zijn geweten, door het functioneren van de wet en door de overtuiging van Gods Geest. Hij ontwaakt. Plotseling ziet Christen het grote gevaar waarin hij zich bevindt. Hij wordt gearresteerd, neergeveld, zijn hart wordt verslagen, ja verbijsterd, en zijn ogen worden geopend voor zijn toestand. En dan zie je hem onderweg gaan, op zoek naar verlossing, naar behoud.” In uw onderzoek staan de Bijbel, de kanttekeningen en de belijdenisgeschriften centraal. U wilt een citatenoorlog voorkomen? „Om te voorkomen dat we het weer over oudvader A. of over oudvader B. gaan hebben. We komen er niet verder mee door maar te blijven zeggen: Die zegt dit en die zegt dat. Daar komt geen einde aan. Waar het om gaat is dit: Wat zegt Gods Woord? Ook heb ik gebruikgemaakt van de werken van Calvijn en Luther. Slechts incidenteel citeer ik een oudvader. De Bijbel is onze enige bron en ik kan en mag aan andere bronnen geen Bijbels gezag toekennen. Als andere bronnen over de Bijbel gaan heersen, ontstaat er ruimte voor allerlei dwalingen. De ware godsdienst is gegrond op het Woord van God en het geloof in de beloften is daarvan een wezenlijk onderdeel.” In 1997 verliet u de Nederlandse Hervormde Kerk en voegde u zich bij de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Een kerkverband uit de Afscheiding, die u nu onder kritiek stelt. Hoe ziet u nu uw stap uit 1997? „Mijn huidige kerkverband heb ik lief. De boeken die ik schreef, waren ook niet naar aanleiding van kritiek op de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Ik achtte ze altijd in de lijn van de leer der oudvaderen. De kritiek ontstond door het beluisteren van een preek van een voorganger van buiten onze gemeenten die mij bij geval onder de aandacht werd gebracht. Ik had er geen besef van dat we in de kerken al zover bezijden de waarheid waren gekomen. Daarover was ik ontsteld. Vooral had ik er pijn over dat de vaderlandse kerk opgeheven dreigde te worden. Daartegen heb ik gewaarschuwd, mijn stem laten horen, en uiteindelijk zag ik geen andere weg dan de Hervormde Kerk te verlaten. Maar de Heere heeft mij er gevoelig voor gekastijd dat ik de kerk verliet die er toen nog was, dat ik Zijn vuur- en haardstede achter mij liet. Ik meende een geoorloofde weg te gaan, maar later heb ik er de pijn van gevoeld en heb ik Ledeboer leren verstaan. Ledeboer heeft de Hervormde Kerk nooit prijs willen geven en is blijven geloven dat God die kerk op Zijn tijd zou wedergeven.” Begrijpt een eenvoudig kind van God ook wat u met uw boeken bedoelt? „Dit is geen meditatief boek. Deze materie vraagt nu eenmaal wel de nodige voorkennis. Dit is, laten we zeggen, laagdrempelige wetenschap. Dit is theologie, waarbij ik wel heel duidelijk een handreiking heb willen doen aan zielen om de weg tot Christus te wijzen, om hun daarin onderwijs te geven.” In dit tweede boek geeft u aan dat het geschreven is „in overleg” met de commissie van onderzoek van de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Betekent dat ook: met instemming van? „De vorige keer was er het verwijt dat ik mij buiten de orde had begeven. Vandaar dat ik mij nu vooraf tot mijn ambtsbroeders heb gewend. Overeind blijft natuurlijk dat ik, ondanks het overleg met de commissie van onderzoek, dit boek op persoonlijke titel heb geschreven. Als predikant heb ik de opdracht te waarschuwen tegen dwalingen. Dat is mijn roeping. Wat mij betreft, kan ik met iedereen door de tijd, maar ik moet straks alles wel persoonlijk voor God verantwoorden.” U zou opnieuw verweten kunnen worden dat u verwarring teweegbrengt. „Dat zou te betreuren zijn. Maar wat heeft Luther er niet voor over gehad om de Reformatie te bewerkstelligen. En Christus zegt Zelf dat Hij niet gekomen is om vrede te brengen maar het zwaard. Ik ben hier niet degene die onrust veroorzaakt, het is het Woord zelf dat deze beving teweegbrengt. Door mijn boodschap heb ik vijandschap ervaren onder eigen vrienden. Velen gingen van mij weg, maar de gunst Gods is erdoor vergroot.” De verdeeldheid in bevindelijke kring zou kunnen toenemen. Wat is eraan te doen om dat te voorkomen? „Ik zoek geen verwijdering, wil geen eenheid verbreken, wens geen scheurmaker te zijn. In mijn schrijven heb ik het behoud van kerk en wereld op het oog. Maar het gaat zoals het gaat, ik ben gedrongen om de waarheid te zeggen. Daarbij ben ik altijd van harte bereid om mij te verantwoorden. Als we leren dat God door de dwaasheid van de prediking zalig maakt hen die geloven, dan hoop ik dat Hij door de dwaasheid van mijn boek nog mensen tot ruimte zal doen komen. Misschien zijn vervolging en verdrukking wel nodig om in Nederland de Kerk bijeen te brengen, bijeen te voegen wat in waarheid bijeen hoort.” |
Auteur: | Pelgrim33 [ Wo Apr 01, 2015 11:54 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Vanavond bij ds A.P. vd Meer geweest, zuivere prediking gehoord! |
Auteur: | DJK - admin [ Do Apr 02, 2015 11:52 am ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Auteur: | DJK - admin [ Do Apr 02, 2015 2:29 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Auteur: | DJK - admin [ Do Apr 02, 2015 8:32 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Auteur: | Kay Munk [ Vr Apr 03, 2015 9:11 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Het kan best een goed boek zijn. Ik denk overigens dat er niet veel nieuws wordt gezegd t.o.v. de oudvaders e.d. Maar laten we nu even niet net gaan doen of ds. Kort een heel bijzonder iemand is. Van al die mensen verheerlijking wordt niemand wijzer. |
Auteur: | Kay Munk [ Vr Apr 03, 2015 9:13 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Auteur: | DJK - admin [ Za Apr 04, 2015 12:34 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Auteur: | Kay Munk [ Za Apr 04, 2015 6:19 pm ] |
Titel: | Re: Het Rechtvaardigend Geloof - ds. A. Kort |
Heb het boek inderdaad nog niet gelezen. U zegt dat niemand zegt dat ds. Kort bijzonder is. Ik lees echter dat er maar één ds. is. Er zijn veel meer dominees met alle gebrek proberen schriftuurlijk te preken. Daarnaast verbaasd het mij dat we alles zo goed weten terwijl de grote heidenapostel schrijft; wij kennen ten dele. ds. M. Henry schrijft hier over: 'Onze beste kennis en onze grootste bekwaamheden zijn thans gelijk onzen gehelen toestand, bekrompen en tijdelijk. Zelfs de kennis, die zij door ingeving hadden, was ten dele. Hoe weinig aangaande God en de onzichtbare wereld was zelfs door de apostelen en de geïnspireerde mensen gekend! Hoeveel komen de overigen bij hen tekort!' |
Pagina 1 van 5 | Alle tijden zijn UTC [ Zomertijd ] |
Powered by phpBB® Forum Software © phpBB Group http://www.phpbb.com/ |