De Lutherroos of Lutherzegel is een wereldwijd herkenbaar symbool voor het lutheranisme. Het was oorspronkelijk een persoonlijk zegel ontworpen door Maarten Luther als een uitdrukking van zijn theologie en geloof waarmee hij zijn autorisatie gaf aan zijn correspondentie.

Posted by admin | | dinsdag 10 augustus 2010 10:16 am

In een brief van 8 juli 1530 aan Justus Jonas beschreef Luther zijn wapen:

“Het eerste zal een kruis zijn – zwart – in een hart, dat zijn natuurlijke kleur heeft. Omdat men zo van het hart gelooft, dat het gerechtvaardigd wordt.

Zo’n hart zal midden in een witte roos staan, teken, dat het geloof vreugde, troost en vrede geeft. Daarom zal de roos wit en niet rood zijn; de witte kleur is van de Geest en van alle engelen de kleur. Zo’n roos staat in een hemelsblauw veld, omdat zulke vreugde in Geest en geloof het begin is van de toekomstige hemelse vreugde. En om zo’n veld een gouden ring, omdat zo’n zaligheid in de hemel eeuwig is en geen einde kent en kostbaarder is, dan alle vreugde en goederen, zoals goud de edelste en kostbaarste erts is.”

———————————————————-

1. Een vaste burcht is onze God,
een toevlucht voor de Zijnen!
Al drukt het leed, al dreigt het lot,
Hij doet zijn hulp verschijnen!
De vijand rukt vast aan
met opgestoken vaan;
hij draagt zijn rusting nog
van gruwel en bedrog,
maar zal als kaf verdwijnen!

2. Geen aardse macht begeren wij,
die gaat welras verloren.
Ons staat de sterke Held ter zij,
dien God ons heeft verkoren.
Vraagt gij zijn naam? Zo weet,
dat Hij de Christus heet,
Gods eengeboren Zoon,
verwinnaar van de troon:
de zeeg’ is ons beschoren!

3. En grimd’ ook d’open hel ons aan
met al haar duizendtallen,
toch zal geen vrees ons nederslaan,
toch doen wij `t krijgslied schallen.
Hoe ook de satan woedt,
wij staan hem voet voor voet,
wij tarten zijn geweld;
zijn vonnis is geveld:
één woord reeds doet hem vallen!

4. Gods Woord houdt stand in eeuwigheid
en zal geen duimbreed wijken.
Beef, satan! Hij, die ons geleidt,
zal u de vaan doen strijken!
Delf vrouw en kind’ren `t graf,
neem goed en bloed ons af,
het brengt u geen gewin:
wij gaan ten hemel in
en erven koninkrijken!